Foto: Peter Teune
Limosa Zoek Afleveringen Abonnementen Redactie Instructies NOU Home English

Limosa artikel samenvatting      

[vorige]

[volgende]

BOER P DE & KLAASSEN O (2007) Minder blauw op de Wadden: achtergronden van de afname van Blauwe Kiekendieven op Ameland en Terschelling. LIMOSA 80 (4): 129-138.

De Blauwe Kiekendief is één van de kenmerkende broedvogels in hetWaddengebied. Ruim zestig jaar na kolonisatie is de soort er echter sterk op zijn retour. De afname met 6-10% per jaar heeft grote consequenties voor de Nederlandse broedpopulatie, die tegenwoordig vrijwel beperkt is tot deWaddeneilanden. Een afname van het broedsucces lijkt een belangrijke oorzaak achter de waargenomen afname,maar gerichte studies op Terschelling en Ameland laten zien dat er meer aan de hand is.

Na het eerste broedgeval op Ameland (Fr) in 1940 beleefde de broedpopulatie van de Blauwe Kiekendief Circus cyaneus op de Waddeneilanden een sterke toename in de jaren zestig, zeventig en tachtig van de vorige eeuw(Bekhuis & Zijlstra 1991). In de hoogtijdagen rond 1990-1994 ging het om 110- 120 paar, ruim 90% van de Nederlandse broedpopulatie (Bijlsma et al. 2001) en 80%van de populatie in de internationale Waddenzee (Fleet et al. 1994). Texel (N-H), Terschelling (Fr) en Ameland (Fr) vormden de belangrijkste bolwerken. Ameland vertoonde daarna het eerst tekenen van verval. In nog geen tien jaar tijd daalde de populatie er met 75%. De grote populatie op Terschelling maakte over een iets langere periode een vergelijkbare ontwikkeling door, terwijl Texel en Schiermonnikoog het naar verhouding beter bleven doen (Klaassen et al. 2006). Plaatsing op de Rode Lijst (van Beusekom et al. 2005) en extra aandacht in het onlangs uitgebrachte Beschermingsplan voor Kust- en Zeevogels ('Kunst en Vliegwerk') van Vogelbescherming Nederland bevestigen de kwetsbare positie die de soortmomenteel heeft.
      Analyses tot dusver richtten zich vooral op reproductie, overleving en dispersie, en lieten zien dat de periode van afname gepaard gingmet een sterke daling van het aantal uitgevlogen jongen (van derWal et al. 1999, Bijlsma 2001-2005 in serie) en een lagere overleving van de eerstejaars vogels (Lof 2000). Ook lijken er verschillen in dispersie te bestaan tussen jongen die op de verschillende eilanden uitvliegen (Lof 2000). Tot dusver ontbrak het echter aan een integraal onderzoek aan Blauwe Kiekendieven op alle Waddeneilanden. Tegen deze achtergrond werd in 2004 met steun van onder meer Vogelbescherming Nederland een breed onderzoeksproject gelanceerd (Klaassen et al. 2006). De drie Friese eilanden vormden in het eerste onderzoeksjaar een afzonderlijk gefinancierd onderdeel, met een gescheiden verslaglegging van de resultaten. Onze interesse ging vooral uit naar het broedsucces, het aantal nesthoudende vrouwtjes, voedselkeuze, conditie en dispersie van jonge kiekendieven. Dit artikel gaat vooral in op de eerste drie aspecten, aan de hand van onderzoek dat in 2004 op Terschelling en Ameland werd uitgevoerd. Op Vlieland werden geen broedende Blauwe Kiekendieven aangetroffen.

[gratis pdf] [english summary]



limosa 80.4 2007
[volledige inhoud van deze LIMOSA]


webmaster