WASSINK G (2003) Eerste broedgeval van Oehoe Bubo bubo in de Achterhoek. LIMOSA 76 (1): 1-10.
Broedgevallen van Oehoes in Nederland bleven tot voor kort beperkt
tot Zuid-Limburg. Verrassend was dan ook de ontdekking
van een broedpaar in de Achterhoek in het voorjaar van 2002.
Net als in Limburg gaat het om een uitbreiding van broedpopulaties
van net over de grens, in dit geval Duitsland. In de deelstaat
Noordrijn-Westfalen is sprake van een snel groeiende populatie.
Het geval in de Achterhoek zou dan ook wel eens de
opmaat kunnen zijn voor meer vestigingen in Oost-Nederland.
Oehoes lijken sinds herintroductieprojecten in
Duitsland in de jaren tachtig van de vorige eeuw
in steeds meer Europese landen vaste grond
onder de voeten te krijgen. Het eerste goed gedocumenteerde
broedgeval in Nederland vond
plaats in 1997 in Zuid-Limburg (SOVON 2002).
Deze locatie was ook in 1998-2002 bezet en
werd gekoloniseerd vanuit Belgiƫ, waar meerdere
Oehoes vlak over de grens met ons land
broeden. Groot was de verrassing toen op 26
mei 2002 toevallig een broedpaar werd ontdekt
in de Achterhoek (Gld). Hoewel deze plaats ver
verwijderd is van de Limburgse vogels, is het
geenszins verwonderlijk dat deze spectaculaire
uilensoort juist hier als broedvogel opduikt. Net
als in Limburg bevindt zich ook in de omgeving
van de Achterhoek, over de grens met Noordrijn-
Westfalen (Duitsland) een groeiende populatie
Oehoes. In dit artikel wordt ingegaan op
het broedgeval in de Achterhoek, en wordt speciale
aandacht geschonken aan de prooidieren
die de Oehoes hun jongen voerden. Tevens
wordt geprobeerd een inschatting te maken van
de hoeveelheid prooien die een paar Oehoes
en hun jongen gedurende de jongenperiode
consumeren.
[gratis pdf] [english summary]
|